Van halfjaarbericht naar jaarrekening

Bij het halfjaarbericht werd zonder aanvullende maatregelen een nadelig jaarrekeningresultaat verwacht van € 32,5 mln. In de onderstaande tabel treft u de verschillen tussen de verwachting bij het halfjaarbericht en het uiteindelijke resultaat aan.

Programma

Jaarrekening

Halfjaarbericht

Verschil

1

Gemeenteraad

623

313

310

2

College & Bestuur

1.031

1.200

-169

3

Wijkaanpak en dienstverlening

343

-1.121

1.464

4

Openbare orden en Veiligheid

-276

50

-326

5

Cultuur en bibliotheek

-635

-314

-321

6

Onderwijs

1.672

700

972

7

Werk, inkomen en armoedebeleid

2.910

-31.400

34.310

8

Zorg en welzijn

3.007

217

2.790

9

Jeugd

-14.368

140

-14.508

10

Ontwikkeling buitenruimte

89

-1.227

1.316

11

Economie, internationale stad en binnenstad

3.571

14

3.557

12

Sport

414

-600

1.014

13

Verkeer, vervoer en milieu

7.784

923

6.861

14

Wonen en duurzaamheid

630

-6

636

15

Stadsontwikkeling

13.847

0

13.847

16

Financiën

11.107

8.652

2.455

17

Overige beleidsvoornemens

-7.362

778

-8.140

18

Interne dienstverlening

-1.352

0

-1.352

19

Stadsdelen en Wijkaanpak

617

-300

917

20

Overhead

-37.316

-10.607

-26.709

Totaal

-13.665

-32.588

18.924

Uit de tabel blijkt dat de grootste verschillen ten opzichte van het halfjaarbericht zijn ontstaan bij de programma’s Werk, inkomen en armoedebeleid, Jeugd, Stadsontwikkeling, Overige beleidsvoornemens en het overzicht Overhead. Het is onvermijdelijk dat tussen het halfjaarbericht en de programmarekening zich zaken voordoen die het resultaat beïnvloeden. Het verschil tussen de prognose van het resultaat bij het halfjaarbericht en het uiteindelijke resultaat is € 18,9 mln. Dit is minder dan één procent van de begroting. Het verschil tussen de verwachting van het gemeentebrede resultaat bij het halfjaarbericht en het uiteindelijke resultaat in de programmarekening is kleiner dan in 2016, toen het verschil € 70,3 mln. bedroeg.

Ten opzichte van het halfjaarbericht heeft zich een aantal ontwikkelingen voorgedaan die het verschil tussen het halfjaarbericht de programmarekening in hoge mate verklaren. De ontwikkelingen van de gedecentraliseerde taken inzake Jeugdzorg waren nog niet betrouwbaar in te schatten. Hierdoor was het bij de gemeente te laat bekend dat de vraag met circa 9 procent is toegenomen, wat leidde tot een nadeel van € 8,1 mln. Daar tegenover staan een iets hogere gemeentefondsuitkering (€ 7,7 mln.) , hogere belasting opbrengsten € 4,7 mln. (beide programma Financiën) en hogere parkeerbaten € 3,6 mln. (programma Verkeer en Milieu). Het verschil bij het programma Stadsontwikkeling wordt vooral veroorzaakt door de eerder toegelichte resultaten.

Het verschil van € 26,7 mln. op het Overzicht Overhead wordt voornamelijk veroorzaakt door een verschuiving tussen het programma Werk, inkomen en armoedebeleid (€ 22,8 mln.) en het programma Stadsontwikkeling (€ 5,8 mln.) in de verantwoording van de overheadslasten. Voor de gemeente is deze verschuiving neutraal. De oorzaak van deze verschuiving wordt verderop nader toegelicht.

I