Hebben we bereikt wat we hebben beoogd?

Samenstelling programma

(obv gerealiseerde lasten inclusief dotaties aan reserves)

€ 140

Samenstelling dekking programma

(obv gerealiseerde baten inclusief onttrekkingen aan de reserves)

€ 140

Wat is het doel?
Den Haag wil het beste onderwijs voor iedereen. Goed onderwijs is de basis voor de ontwikkeling van mensen en de drijvende kracht voor een duurzame economische ontwikkeling van Den Haag. De Haagse Educatieve Agenda 2014-2018 (RIS268491) vormt de basis van het Haagse onderwijsbeleid, waarin de nadruk ligt op kwaliteit. Goed functionerende, veilige en gezonde scholen en bekwame, enthousiaste leraren maken het verschil. Kwaliteit staat ook voor brede ontwikkeling van jonge en volwassen Hagenaars en voor het werken aan betere leeropbrengsten en het vergroten van baankansen. De uitvoering van de Haagse Educatieve Agenda 2014-2018 (HEA) ligt op koers. In de monitor HEA 2016-2017 (RIS298150) wordt verslag van de voortgang van de ambities en doelstellingen gedaan. Drie ‘grote’ ontwikkelingen in 2017:

Nieuw aanmeldbeleid
In mei 2017 is door de Haagse schoolbesturen en de gemeente een convenant gesloten over het aanmeldbeleid in het primair onderwijs (po). Het convenant is opgesteld op basis van een brede consultatie van ouders, scholen, besturen, het PO Platform en de gemeente. De invoering is beoogd op 1 oktober 2018. In 2017 is gewerkt aan de voorbereidingen van het nieuwe aanmeldbeleid. Ook is gewerkt aan aanpassingen in de overstapprocedure van het primair naar het voortgezet onderwijs.

Nieuwe Haagse Educatieve Agenda (HEA)
Met de besturen van kindercentra, het primair en voortgezet onderwijs en het middelbaar en hoger beroepsonderwijs zijn in 2017 zeven ambities geformuleerd voor de nieuwe Haagse Educatieve Agenda 2018 -2022: Ontwikkel kansen in Den Haag (RIS 298592). Het college heeft 5 december 2017 de nieuwe HEA vastgesteld. Op 25 januari 2018 heeft de raad de HEA vastgesteld.

Voorbereidingen harmonisatiewet
Op 1 januari 2018 is de Wet harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk in werking getreden In 2017 is de invoering van deze wet voorbereid. Er is een nieuwe financieringsstructuur opgezet voor de voor- en vroegschoolse educatie bij de houders voor peuter- en kinderopvang. Vanaf 2018 geldt een individuele financiering voor peuteropvang in plaats van groepsfinanciering. De aanvraag van de gemeentelijke toeslag voor ouders die geen recht hebben op kinderopvangtoeslag verloopt via de houders van de kinderopvang. Ouders die wel recht hebben op kinderopvangtoeslag vragen deze bij de Belastingdienst aan.

Toelichting op het financiële resultaat van het programma

Uitkomst 2017

Actuele begroting 2017

Resultaat 2017

Ontwerp begroting 2017

Uitkomst 2016

Lasten

137.077

139.860

2.783

V

139.860

150.336

Baten

55.918

54.775

1.143

V

54.775

51.781

Saldo exclusief reserves

81.159

N

85.085

N

3.926

V

85.085

N

98.555

N

Dotaties aan reserves

3.200

3.200

-

-

3.200

1.000

Onttrekkingen aan reserves

746

3.000

2.254

N

3.000

6.311

Saldo inclusief reserves

83.613

N

85.285

N

1.672

V

85.285

N

93.244

N

De lasten in het programma onderwijs zijn begroot op circa € 140 mln. In 2017 is € 137 mln. besteed. De belangrijkste kostenposten zijn subsidies voor activiteiten door scholen en instellingen (ruim 50%) en onderwijshuisvesting en vastgoedbeheer (ruim 30%). De baten zijn begroot op € 55 mln. en uitgekomen op € 56 mln., waarvan het grootste deel van het Rijk afkomstig is. Het totale voordelige saldo van lasten en baten, dotaties en onttrekkingen bedraagt € 1,7 mln.

Van het resultaat heeft € 0,5 mln. (V)betrekking op afrekeningen van subsidies over vorige jaren en
€ 3,5 mln. (V) op afrekeningen van onderwijshuisvesting. In het kader van de regeling STiP-banen voor conciërges is een bedrag van circa € 1 mln.(V) niet uitgegeven. Bij het vastgoedbeheer trad een voordeel op van € 0,7 mln.(V) op de rendabele kapitaallasten van de accommodaties voor kinderopvang. De onderhoudskosten van accommodaties vielen dit jaar € 0,5 mln.(V) lager uit. Op het gebied van het onderwijsachterstandenbeleid werd dit jaar € 1,1 mln.(N) meer besteed vanwege extra impulsen. Aan de reserve Duurzame huisvesting onderwijs is voor energetische verduurzaming een bedrag van
€ 3,2 mln. (N) toegevoegd. De overige voor- en nadelen bedragen per saldo € 0,2 mln.(N) nadelig.

Verschil 2017 t.o.v. 2016
De lasten (excl. dotaties) zijn in 2017 ruim € 13 mln. lager dan in 2016 door met name een daling van de rente en afschrijving bij het vastgoedbeheer (CVDH € 8,6 mln.), een daling van de uitgaven uit de reserves van Onderwijs (€ 5,1 mln.) en een stijging op diverse andere posten.
De baten zijn in 2017 circa € 4 mln. hoger, vooral vanwege vrijval van voorzieningen bij vastgoedbeheer (CVDH € 0,5 mln.) en hogere rijksbijdragen, met name voor onderwijsachterstandenbeleid (in totaal € 3,6 mln.). De onttrekkingen aan de reserves waren in 2017 ruim € 5 mln. lager dan in 2016, waarvan € 3 mln. was begroot.

Toelichting ontwikkeling relevante balansposten in 2017

Begroting 2017

Realisatie 2017

Beginsaldo

Mutaties

Eindsaldo

Mutaties

Eindsaldo

(incl.res.best.)

Reserves

15.509

200

15.709

2.454

17.963

Voorzieningen

966

-966

-

-966

-

Investeringen (bruto)

34.010

23.915

Ten opzichte van het geplande investeringsvolume zijn de investeringen in 2017 lager uitgevallen.
Het grootste deel betreft de vertraagde start van de bouw van scholen in het basisonderwijs, de hiermee samenhangende vertraagde start van de bouw voor kinderopvang en de vertraagde afrekeningen van bouwprojecten in het voortgezet onderwijs.